Een race niet voor de snelste, noch een strijd om de sterkste

 

 

“11  Ook dit nog zag ik onder de zon: Evenmin als de wedloop gewonnen wordt door de vlugsten, Of de oorlog door de sterksten, Evenmin ontvangen de wijzen hun brood, De geleerden rijkdom, Of vinden de schranderen gunst. Want alles hangt af van tijd en toeval; 12 De mens weet zelfs niet wanneer. Zoals de vis wordt gevangen in de noodlottige fuik, En de vogel gestrikt met het net, Zo wordt de mens door het ongeluk getroffen, Als het onverhoeds hem overvalt.” (Prediker 9:11-12 Canis)

“24  Weet gij niet, dat de wedlopers in het renperk wèl allen lopen, maar dat slechts één de prijs behaalt. Loopt dan zó, dat ook gij hem moogt winnen. 25 En hij, die in het worstelperk optreedt, legt zich een volkomen onthouding op. Zij doen het, om een vergankelijke kroon te ontvangen, wij om een onvergankelijke.” (1 Corinthiërs 9:24-25 Canis)

“Want zoals het lichaam dood is zonder geest, zo is ook dood het geloof zonder werken.” (Jakobus 2:26 Canis)

“Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eengeboren Zoon heeft gegeven: opdat allen die in Hem geloven, niet verloren zouden gaan, maar het eeuwige leven zouden hebben.” (Johannes 3:16 Canis)

“Want wanneer uw geloof de proef heeft doorstaan, dan heeft het hoger waarde dan vergankelijk goud, dat door het vuur is gelouterd; en zal het strekken tot lof en eer en roem bij de verschijning van Jesus Christus.” (1 Petrus 1:7 Canis)

“6 Vernedert u dus onder Gods machtige hand, opdat Hij u te zijner tijd moge verheffen. 7 Werpt op Hem al uw bekommernis; want Hij draagt zorg voor u. 8  Weest bezonnen en waakzaam! De duivel, uw vijand, zwerft rond als een brullende leeuw, op zoek wien hij verslinden zal. 9 Weerstaat hem, sterk door het geloof! Denkt er aan, dat aan uw broeders, over de wereld verspreid, het lijden is toegemeten in dezelfde mate. 10  De God van alle genade, die u in Christus riep tot zijn eeuwige glorie, Hij zal u na kortstondig lijden oprichten en sterken, stevigen en bevestigen.” (1 Petrus 5:6-10 Canis)

“Wanneer gij tegen uw vijanden ten strijde trekt, en gij ziet paarden, wagens en talrijker krijgsvolk dan gij, dan moet gij toch niet bang voor hen zijn; want Jahweh, uw God, die u uit Egypte heeft geleid, staat u bij.” (Deuteronomium 20:1 Canis)

“en heel dit leger zal weten, dat de zege niet komt door zwaard of lans, maar dat het Jahweh is, die de strijd beslist, en dat Hij u in onze hand heeft gegeven.” (1 Samuël 17:47 Canis)

“Gij zult niet eens hoeven te strijden. Stelt u maar op, en blijft staan; dan zult gij zien, hoe Jahweh u redt, Juda en Jerusalem. Weest dus niet bang en laat u niet afschrikken; trekt ze morgen tegemoet, en Jahweh zal met u zijn!” (2 Kronieken 20:17 Canis)

“Trek er zelf onversaagd op uit; want anders zal God u voor den vijand ten val brengen. God is immers in staat, om te helpen, maar ook om ten val te brengen.” (2 Kronieken 25:8 Canis)

“(55-19) Hij zal mij vrede schenken, mij van mijn belagers bevrijden, Al staan ze nog zo talrijk tegen mij op.” (Psalmen 55:18 Canis)

“(140-8) Jahweh, mijn Heer, Gij zijt mijn machtige Helper, Gij beschut mijn hoofd op de dag van de strijd.” (Psalmen 140:7 Canis)

“Wel worden paarden getuigd voor de dag van de strijd, Maar de zege hangt van Jahweh af.” (Spreuken 21:31 Canis)

“(2-20) Op die dag sluit Ik voor haar een verbond Met de beesten op het veld, Met de vogels in de lucht, En met de kruipende dieren op aarde. Boog, zwaard en krijgsmacht zal Ik uit het land verwijderen, En zorgen, dat men er veilig kan rusten.” (Hosea 2:18 Canis)

“”Zie, Ik kom als een dief. Zalig hij die waakt en zijn kleren aanhoudt, opdat hij niet naakt ga, en men zijn schaamte niet zie.”” (Openbaring 16:15 Canis)

“Dan zal hij uittrekken, om de volkeren te verleiden aan de vier hoeken der aarde,  — “Gog en Magog,”  — en om ze te verzamelen tot de strijd; hun getal zal zijn als het zand aan de zee.” (Openbaring 20:8 Canis)

“Ik doe geen afbreuk aan de genade van God; want als de gerechtigheid door de Wet wordt verkregen, dan is Christus doelloos gestorven.” (Galaten 2:21 Canis)

“En daar de Schrift heeft voorzien, dat God de heidenen rechtvaardigen zou door het geloof, daarom heeft ze aan Abraham de blijde Boodschap voorspeld: “In u zullen alle volkeren worden gezegend.”” (Galaten 3:8 Canis)

“Ook is het duidelijk, dat niemand bij God gerechtvaardigd wordt door de Wet. Want: “Wie rechtvaardig is door het geloof, hij zal leven.”” (Galaten 3:11 Canis)

“Zeker broeders, gij zijt tot vrijheid geroepen; maar tot geen vrijheid, die een voorwendsel is voor het vlees. Integendeel, dient elkander uit liefde;” (Galaten 5:13 Canis)

“21 Maar thans is, buiten de Wet om, de gerechtigheid Gods verschenen, waarvan de Wet en de profeten getuigenis hebben afgelegd. 22 Het is de gerechtigheid Gods, door het geloof in Jesus Christus, en voor allen die geloven. Neen, er bestaat geen onderscheid meer.” (Romeinen 3:21-22 Canis)

“Neen, niet ter wille van de Wet, maar terwille. van de gerechtigheid des geloofs is aan Abraham en zijn kroost de Belofte gedaan, dat hij de wereld zou erven.” (Romeinen 4:13 Canis)

“1  Wat besluiten we hieruit? Moeten we in de zonde blijven, opdat de genade tot overvloed komt? 2 Dat nooit! Hoe toch zouden we in zonde voort blijven leven, nu we allen aan haar zijn afgestorven? 3 Of weet gij niet, dat wij allen, die gedoopt zijn tot de gemeenschap met Christus Jesus, dat we gedoopt zijn tot de gemeenschap met zijn Dood?” (Romeinen 6:1-3 Canis)

“Welnu, wanneer ge belijdt met uw mond, dat Jesus de Heer is, en gelooft met uw hart, dat God Hem uit de doden heeft opgewekt, dan zult ge worden gered;” (Romeinen 10:9 Canis)

“Maar wie nog in twijfel verkeert terwijl hij eet, is veroordeeld, omdat hij niet handelt overeenkomstig zijn geloof; alles toch is zonde, wat niet in overeenstemming is met het geloof.” (Romeinen 14:23 Canis)

“Welnu, zonder geloof is het onmogelijk, welgevallig te zijn; want wie tot God wil naderen, moet geloven, dat Hij bestaat, en Beloner is voor hen, die Hem zoeken.” (Hebreeën 11:6 Canis)

“want God is het, die naar zijn welbehagen in u het willen uitwerkt en het handelen.” (Filippenzen 2:13 Canis)

“Ik ben de wijnstok, gij zijt de ranken. Wie in Mij blijft, en Ik in hem, hij draagt rijke vrucht; want zonder Mij kunt gij niets doen.” (Johannes 15:5 Canis)

*

 

 English version: A race not to swift, nor a battle to the strong

Aanvullend aan exhortatie: Every athlete exercises self control

++

Vindt ook:

  1. Nooit te laat om te beginnen met te gaan naar het juiste einde
  2. Bij honderd mijl negenennegentig als halverwege overwegen
  3. Herinner jezelf dat moeilijkheden en vertragingen vrijwel onmogelijk te voorspellen zijn
  4. Het leven is als een tien-versnellingen fiets.
  5. Verstandig en traag, struikelen zij die snel lopen

+++

13 thoughts on “Een race niet voor de snelste, noch een strijd om de sterkste

Geef een reactie - Give a reaction

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.