Stichters van de Nieuwe Wereld en Godsdienstvrijheid

De Amerikaanse presidentsverkiezingen staan voor de deur en naar gewoonte wordt er met heel wat modder naar elkaar gegooid. Maar dit jaar worden de stichters van de Verenigde Staten er ook bij gehaald. Vele Amerikanen beweren dat het de bedoeling van de stichters was om God in de Grondwet op te nemen en een christelijke Staat te maken.

Meerdere Amerikanen zeggen dat Barack Obama Christelijke bedrijfseigenaren verplicht heeft om abortus voor werknemers te financieren, en dat de federale regering heeft aangedrongen dat zij het recht heeft om kwalificaties te stellen voor predikanten, rabbijnen en andere geestelijken  en voor het opheffen van een openbare verwijzingen naar geloof. Dat verzoek om op bepaalde publieke plaatsen geen verwijzingen nar geloofselementen te hebben is echter juist voor een vrijwaring van de geloofsvrijheid voor elke burger van de staat.

Bob Unruh vraagt zich af (in Wonder where hostility to Christianity is surging?) wat er is gebeurd in Amerika sinds John Adams zei: “Onze Grondwet werd slechts gemaakt voor morele en religieuze mensen. Het is volstrekt ontoereikend voor de regering van een andere “?

Vermoedelijk denkt Unruh dat anders of niet gelovigen niet moreel kunnen zijn. Maar er zijn ook niet gelovigen die moraal in zich dragen en de natuurwetten respecteren. Iedereen heeft trouwens bepaalde regels van gedrag in zich mee gekregen. Volgens de Heilige Schrift zijn de mensen trouwens naar het beeld  van God geschapen, dat maakt dat elkeen wel iets van God in zich draagt.

Een beschuldigend rapport

Een nieuw rapport onlangs vrijgegeven door de Family Research Council en Liberty Institute bevestigt, volgens Unruh, dat anti-christelijke vijandigheid stijgt over het openbare plein van de natie, in scholen en bij de overheid.

“Amerika vandaag de dag zou onherkenbaar zijn voor onze oprichters. Onze eerste vrijheid kijkt op tegen een meedogenloze aanval van goed gefinancierde en agressieve groepen en individuen die gebruik maken van de rechtbanken, het Congres, en de grote federale bureaucratie om de vrijheid van godsdienst te onderdrukken en te beperken “, aldus een samenvatting van het rapport van Tony Perkins, voorzitter van de FRC, en Kelly Shackelford, voorzitter van Liberty Institute.

In feite komt het volgens Unruh er op neer dat  “De regering-Obama zelfs niet meer spreekt van de vrijheid van godsdienst, nu gaat het alleen nog maar over de ‘vrijheid van dienen’ of ‘vrijheid van eredienst’. Deze radicale afstandsname  dreigt ware godsdienstvrijheid kwetsbaar te maken, voorwaardelijk en beperkt. ‘

Marcus Ampe bespreekt het 140 pagina tellende rapport in ‘Faith related boycotts’ en bekijkt hoe wij dat als Christenen moeten verstaan, maar ook hoe wij moeten opletten om niet in de val te trappen van enkele conservatieve evangelische groepen die de historische waarheid geweld aan doen.

Hij ontkend echter niet dat er een structureel probleem is omtrent bepalingen van het al of niet toelaten van religieuze handelingen, gebaren, gebruik van symbolen en dies meer. Hij waarschuwt er voor dat men voorzichtig moet zijn met het doorvoeren van beperkende maatregelen. Door bepaalde mensen te willen beschermen, kan de overbescherming de vrijheid van anderen in gevaar brengen.

Christelijk Bastion

Vreemd genoeg willen bepaalde Amerikaanse Christenen hun land zien evolueren naar een streng conservatief christelijk bastion en steunen zij met de Tea Party ook de Mormoonse presidentskandidaat.
Nog steeds merken zij niet dat deze kandidaat later ook zijn geloofsgroep haar gebeden zal laten introduceren. Dat was al te merken op de Republikeinse Nationale Conventie in Tampa, Florida, deze week waar zijn gebeden werden voorgedragen en Mormoonse leiders en politici bekend om hun beroep op religieuze kiezers hun verdere ideeën naar voor brachten.

In een reeks van artikelen op Marcus’s Space, tracht Marcus Ampe die beweringen van Mitt Romneyen anderen, die zeggen dat zij de stichters moeten volgen en daarom er moeten aan werken dat een Christelijk Amerika wordt opgebouwd, naar de wil van de stichters, te ontkrachten. Hij vindt dat men de geschiedenis geen geweld mag aan doen en moet trachten te begrijpen waarom, in eerste instantie, die mensen zulk een gevaarlijke zeetocht naar ongekende oorden wilden ondernemen.

Former Massachusetts Gov. Mitt Romney, a GOP p...
Former Massachusetts Gov. Mitt Romney, a GOP presidential hopeful, campaigns May 9 in Ames. (Photo credit: Wikipedia)

Zij waren erg misnoegd met de gegevens van hun vaderland. Zij hielden er niet van hoe alles in het Europa van toen verliep. Zij hadden een wereld zien evolueren waar zij niet verder willen in leven. Om betere oorden te vinden zagen zij er niet tegen op om alles achter te laten en ergens in onbekende oorden een nieuw leven op te bouwen.

De stichters en hun intentie

Volgens Mitt Romney handelen diegenen die “enige erkenning van God willen verwijderen uit het publieke domein ” niet  in lijn met de Stichters hun intentie.

Romney zei dat de oprichters of Pilgrim Fathers, geen intentie hadden om God te elimineren uit het publieke domein.  Volgens hem wilden zij dat de religie het onderdeel vormde van de staatsvorming. “Wij zijn een natie ‘Onder God,’ en in God, we vertrouwen inderdaad. ”

Veel van degenen die gevlucht waren voor de Oude Wereld waren inderdaad God vrezend mannen, die vol vertrouwen in God waren.  Hun geloof in God had bij velen juist hun hele leven gestuurd. Zij wensten juist in de voetsporen van hun aartsvader Abraham te stappen. Zij geloofden in Abraham’s hoop en een Beloofd Land. Ook zij bleven vurig uitkijken naar een land waar vrede en liefde kon heersen. Maar in hun omgeving zagen zij dat niet zo dadelijk ontstaan. Hun geduld raakte ook op. Voor velen werd hun geloofsuiting zelfs gevaarlijk. In de wereld waar zij leefden waren namelijk zo veel geloofsgroeperingen ontstaan die er geen graten in zaken om elkaar te bevechten. Ook al beweerden zij christenen te zijn, bekampten zij toch andere christenen, die dan toch hun broeders en zusters hoorden te zijn, in dat zelfde lichaam van Jezus Christus.

Abraham’s hoop leefde ook sterk bij hen. Maar zij werden geconfronteerd met anders gelovigen die hen verfoeiden en kwijt wilden. Meerderen werden zelfs met het leven bedreigt of zagen werkelijk hun familieleden op de brandstapel verloren gaan. Zij die hun leven lief hadden konden gen andere oplossing bedenken dan naar andere oorden te gaan.

In hun eigen land ze hadden gezien wat religie had gedaan voor de mensheid en onderweg kwamen zij andere vluchters voor religieus geweld tegen die hen ook bizarre en andere ontnuchterende verhalen vertelden.  tijdens de overtocht van de Oude naar de Nieuwe Wereld hadden zij tijd in overvloed om meerdere mensen intenser te leren kennen. Op het schip ontdekten zij hoe verschillend bepaalde geloofsideeën mensen in het nauw hadden gedreven. Zij leerden andere verhalen of andere zienswijzen van de Bijbel, doch de ontdekking hoe dogma’s en door de kerken naar voor gebrachte fantasieën de mensen hun leven kon doen beheersen, bracht hen er ook toe om nog meer in de Heilige Schrift zelf te duiken om het ware verhaal te leren ontdekken. Voor velen werd die extra uitgetrokken tijd om het Woord van God te lezen een openbaring. Zelf stonden zij er van verstomd hoe zij door hun kerk met allerlei verzinsels in de luren waren gelegd.

Pelgrimstocht

Voor vele ‘pilgrims‘ was hun tocht naar nieuwe woongebieden een echte pelgrimstocht, waarbij zij ontdekten dat hun vrees voor de mensen minder hoorde te zijn dan hun vrees voor God. De verschillende gelovigen beter leren kennen, en wat zij mee gemaakt hadden, deed hen ook beseffen dat zij in hun nieuwe gebieden er op moesten toe zien dat geloof zulke dingen niet zou kunnen aanrichten aan anderen.

Het is verkeerd te denken dat omdat zij God vrezende mannen waren dat ze wilden dat hun of het geloof moest interfereren met hun toekomstig leven en dat van anderen en dat het moest deel uit maken van de opbouw van het land.

Deïst stichtingsvader van de Verenigde Staten Thomas Jefferson zei: “Het christendom is het meest perverse systeem dat ooit scheen op de mens.” En schreef op 10 februari 1814 aan Dr Thomas Cooper: “Het christendom is nooit en mag nooit een deel uitmaken van de algemene wet.”

Velen die de Oude Wereld ontvlucht waren, waren er ook van bewust dat de vele denominaties vaak niet een zegen waren, maar meer een vloek, voor het creëren van een leefbare staat. Daarom was het voor hen verkieselijk om de kerk buiten het landapparaat te houden. Kerk en staat konden best steeds gescheiden blijven.

Vrij van geestelijkheid

De 1e V.S.A. president George Washington heeft gezegd: “De Verenigde Staten van Amerika moet een stichting hebben vrij van de invloed van de geestelijkheid.” Het is duidelijk de bedoeling geweest dat de kerk de overheid niet moest  bepalen hoe het land te regeren. De Pilgrim Fathers en hen die de overtocht gemaakt hadden, moesten geen duplicaat zien van hun vroegere wereld. Daar hadden zij genoeg van gezien, thuis in Europa, met wat de kerken zouden kunnen brengen over de mensen en de manier waarop een dergelijke bevoegdheid zou kunnen worden misbruikt.

Alle problemen van de vele verschillende kerken veroorzaakt in het vroeger land wilden ze vermijden. En ook Benjamin Franklin vond de christelijke dogma onbegrijpelijk. “Vroeg in mijn leven heb ik mezelf afgewend van Christelijke Congragaties” schreef hij. (Toward The Mystery) Voor hem was het duidelijk dat religie zelfs een gevaar zou kunnen zijn  voor de gemeenschap. Hij schreef: “Religie, welke ik vond zonder enige neiging om te inspireren, te bevorderen of moraal te bevestigen, dient voornamelijk om ons te verdelen en ons onvriendelijk naar elkaar te doen opstellen.”

Gelovigen en anders-gelovigen

Waar de verschillende kerkgemeenschappen hun gelovigen opjutten tegen anders gelovigen, hadden deze verschillend gelovigen kunnen ontdekken waar er toch gemeenschappelijkheid in hun geloof was en waar er on-Schriftuurlijke leerstellingen hen waren aangeleerd als aan te nemen geloofspunten.

Toen de Amerikanen met elkaar in beraad kwamen om de grondwet op te stellen, hadden zij in gedachten een basiswet die hen zo veel mogelijk zou toe laten.
Voor hen was het duidelijk geworden dat kerkelijke instantie niet meer zouden mogen gaan bepalen hoe zij moesten leven of hu zij hun gemeenschap moesten gaan opbouwen. Hun grondwet met het Eerste Amendement dat de verdere uitbouw van de staten zou gaan bepalen hield dan ook in:  “Het Congres zal geen wet maken die een een vestiging van godsdienst respecteert, of een verbod op de vrije uitoefening daarvan maakt; of de vrijheid van meningsuiting, of van de pers, of het recht van het volk vreedzaam bijeen te laten komen en aan de regering petitie te laten brengen voor een herstel van grieven, te beperken. ”

Vrijwaring van godsdienst en ander vrijheden

In die zin moeten de huidige Amerikanen en eigenlijk ook al de bewoners van geciviliseerde landen de opbouw van hun land en de vrijwaring van de vrijheid onder ogen zien.

De Amerikanen moeten de diepere lagen van de idee van vrijheid die hun grondleggers op het oog hadden, begrijpen. De vermelde zinsnede uit de conventie van 1787 geeft de mensen het recht om hun geloof te belijden, zonder de angst te moeten hebben dat de overheid zich wegens hun geloof gebaseerde acties zou richten tegen hen.

De huidige bewoners van de Verenigde Staten moeten opletten dat zij niet afstevenen naar een gelijkaardige toestand in Duitsland in de jaren dertig waarbij een bepaalde groepering haar geloofsovertuiging opdrong aan de anderen in het land, met de overtuiging dat zij het enige middel hadden om het land toekomst te bieden.

Meerdere Amerikanen denken dat enkel de Joods-christelijke cultuur het land dar heeft gebracht war het is, waarbij zij het als het beste van de wereld aanschouwen. Maar zij zijn bang dat er bepaalde politici zijn die zich afwentelen van de stichters hun denkwijze en van de Joods-christelijke waarden. Het zijn echter die politici die velen vrezen die juist de grondwet wel willen respecteren en willen handelen in het gedachtegoed van de stichters van de Verenigde Staten. Zij willen er namelijk voor zorgen dat niet één bepaalde geloofsgroep zich aan de anderen gaat opdringen en dat geen enkele kerk de macht over de regering kan krijgen.

Zoals de eerste inwijkelingen uitkeken naar een neutraal land, willen politici als Obama ook een land dat vrijheid kan bieden aan eender welke inwoner van de Verenigde Staten.

Zoals de oorspronkelijke opstellers van de Grondwet hebben de huidige bewindsvoerders de wilskracht en moed nodig om met hun plannen verder te gaan en voor alle soorten geloof een grond van beweeglijkheid te creëren. Ook vandaag is het nodig dat er een klimaat gecreëerd wordt war mensen zich vrij kunnen bewegen en waar hen geen kerk of religie hen in de weg zou staan​​. De stichters van de Verenigde Staten hun grootste wens was om volledig vrij te zijn van de dwingende macht van de kerk-staat. Vrijheid werd dus gezien als bevrijding van dwang, van de willekeurige macht van anderen. Bovendien, op elk moment, kozen de Amerikaanse pioniers ervoor om dit begrip te wortelen in de Bijbelse tekst. In Jezus zijn leringen konden ze genoeg redenen vinden om een ​​open structuur voor andere geloven te creëren.

Alleen als de overheid geen invloed heeft op de leer van het geloof, maar ervoor zorgt dat elkeen in staat is om zijn of haar favoriete leringen te volgen, zou er een mogelijkheid zijn om een ​​vrijheid van uiting te hebben in achtname dat men er ook voor zou zorgen dat niemand zich zou kunnen beledigd voelen door iemand of iets anders.

Veel van de eerste blanken in de Nieuwe Wereld kende de verhalen over de barmhartige Samaritaan en andere waar Christus een persoon zijn gedragingen vergeleek met anderen. In de vele gelijkenissen leerde Jezus Christus lessen hoe zich te gedragen op deze aarde en hoe we anderen horen te behandelen. Hij had de Gulden Regel met de lering tegenover anderen te doen zoals je graag zou hebben dat anderen met jou zouden doen. De apostelen leerden hun leerlingen op Christus te lijken. Zij leerden hen gaan voor de schoonheid van heiligheid, de uitdrukking van aanbidding, iets wat doorbreekt van binnen, en anderen kan omzetten. Psalm 115 laat zien dat mannen in zekere zin God kunnen benaderen en als Hem worden, die zij aanbidden.

Burgers, priesters, rabbi’s en Imans

Marcus Ampe wijst er op dat indien de stichters van de Verenigde Staten werkelijk zouden gewild hebben dat God het hoofdpersonage van de Amerikaanse burger zou zijn en dat men enkel een Joods Christelijke gemeenschap zou dulden of als haalbaar instrument zou zien, deze God en gebod veel meer zouden vermeld hebben in de notulen.

Volgens hem was het voor de stichters van de Verenigde Staten zoals voor hem dat een overheid de mensen zou moeten bang maken voor één of andere god. Ook al denken vandaag sommigen dat de regering priesters, rabbijnen en imams heeft bang gemaakt om over de noodzaak te leren om te leven volgens de wetten van God.

Aangezien het niet de wil is van de stichters van de Verenigde Staten om de Bijbelse leer te beperken is het ook niet hun idee dat een overheid in staat zou zijn om een persoon of bedrijf  rechtmatig zou kunnen gedwongen worden om een dienst of product te leveren dat volgens een bepaalde geloofsgroep hun regels zou zijn maar in conflict zou kunnen zijn met andere staatsleden hun geloofssysteem.

Ieder mens moet vrij zijn om te gaan en staan waar hij wil, om onderwijs te volgen of om te werken waar hij wil. Iedereen moet de vrijheid hebben om te geloven wat hij of zij wenst en om zijn of haar leven op te bouwen zoals hij of zij wenst. Iedereen moet het recht hebben om vrij te kiezen. Die vrije keuze moet er voor iedereen in gelijke mate zijn. Alsook kan men niet verwachten dat anderen dezelfde dingen kiezen, of voortdurend belast moeten worden met confronterende keuzes van anderen.

Vrijheid van geloofsovertuiging

In die vrijheid van geloofsovertuiging moet ook ingebouwd worden dat de stat hiervoor zorgt dat deze kan war gemaakt worden voor iedereen die in die gemeenschap wil leven. Al diegenen die dan ook in die gemeenschap willen komen leven zullen dan ook er mee rekening moeten houden dat anderen anders kunnen en mogen denken. Ook zal dat inhouden dat zij zich anders mogen gedragen en andere kleding mogen dragen of zich mogen sieren met symbolen waar de ander misschien niet van houdt.

Volledige kerkelijke vrijheid houdt ook in, volgens Marcus Ampe, dat iedereen zijn geloof aan anderen mag kenbaar maken of symbolen van zijn geloof mag tentoonspreiden. In zulk geval kan niemand dan bezwaren maken dat er mensen zijn die zich willen verkleden in herten of kerstmannen, of sinterklasen, heksen, zonnen of andere gekke figuren. Aldus moeten winkels of groeperingen ook bij hun geestelijke feesten de mogelijkheid hebben hier tekens of versieringen van op te hangen.

Indien christenen dan kerstbomen willen plaatsen of kruisbeelden, moeten zij in een vrij land ook aanvaarden dat anderen sterren, boeddha’s of andere beelden plaatsen. Voor hen die al of niet akkoord gaan met bepaalde versieringen in winkels of bepaalde opschriften, hebben deze de vrijheid als consument om deze dan ook links te laten liggen. Zo moet het ook gerust mogen dat Christenen die verkiezen enkel naar christen winkels te gaan dat ook mogen doen, terwijl zij die enkel naar hindoe winkels willen gaan dat ook mogen doen.

Winkelen, consumeren en produceren

Gelovigen moeten ook weten dat het eenieder vrij staat om te gaan winkelen waar hij wil. Maar als Christen horen wij wel op te letten of die bedrijven waar wij producten van nemen wel degelijk volgens ethische waarden produceren, mens, dier en plant respecteren. Als Christen moeten wij het namelijk belangrijk vinden hoe wordt omgegaan met de Schepping van God. Bedrijven die deze schepping helpen te niet te gaan horen christenen niet te steunen. Indien een bedrijf niet volgens de regels van het spel werkt en mensen misbruikt zou een Christen daar geen producten van mogen kopen.

Zo zal een consument mee het welslagen van een kapitalistische markt in de hand hebben. In die mate zal de consument ook mee kunnen zorgen voor het welzijn van de arbeiders en werkende mensen.

Dat landen oogsten wat ze zaaien is evident. Zo heeft elke burger in een maatschappij zijn verantwoordelijkheid. Wij kunnen er vandaag echter niet naast zien dat sommigen Christenen het verkeerd gaan van de maatschappij in de schoenen van anderen willen schuiven.

Overal in de kapitalistische landen zien we een beweging van mensen die de houding overweegt geloof, aanbidding en hun relatie met God op te dringen aan de gemeenschap of anderzijds de schuld te geven van de problemen die er zijn in de wereld. Voor een heleboel mensen is religie de grootste veroorzaker van moeilijkheden in de wereld. Zij zien dat er maar meer en meer wordt geroepen van God en gebod en hier voor zelfs mensen worden afgeslacht. Anderen zien in andere geloofsgroepen een bedreiging voor hun bestaan of voor hun eigen geloof.

Al of niet in de nabijheid willen

Indien men echter sterk staat in het eigen geloof hoeft men van ander geloof geen angst te hebben. zij die in God geloven moeten ook geen angst voor personen te hebben, want in God kunnen zij vertrouwen, en weten zij dat de mens hen niet zo veel zal kunnen aandoen.

Wel moeten gelovigen zich er bewust van zijn wat zij eigenlijk willen en of zij zelf zeker vast kunnen houden aan God. Want wij zien op veel plaatsen, vooral in veel, zogenaamde beschaafde landen, dat de burgers tegen God zeggen : “Kom uit de publieke arena.” Maar daarbij ook vaak zeggen: ” Verdwijn uit mijn leven”. En als die God uit dat leven meot verdwijnen kan Hij daar ook niet voor instaan en ook geen hulp bieden. Maar dan zodra er iets verkeerds gaat zijn die burgers er wel als de kippen bij om God als eerste de schuld te geven van hun ongeluk.

Gewoonten of tradities

Het is een feit dat veel mensen niet meer geïnteresseerd zijn in goede gewoonten en tradities over fatsoenlijke moraal. Ethiek is ver zoek. Niemand kijkt nog op wanneer iemand gemeenschappelijke of de goede zeden beledigt.
De jongeren denken dat je niet met de tijd bent als je niet regelmatig van partner verandert of niet lekker geniet van alle geneugten van het leven, waarbij seksspelletjes gerust vooraan op het verlanglijstje mogen staan. Liefde heeft een fysische betekenis gekregen in plaats van een psychologische relatie.

Vandaag hebben wij een generatie die de basis van de Tien Geboden niet meer lief heeft en zelfs niet meer kent. Hierdoor zien zij er ook geen graten in dat bepaalde dingen zonder schroom kunnen gedaan en vertoond worden. Sommige mensen vinden het helemaal niet erg om bepaalde tv-shows van mindere kwaliteit en films te bekijken met veel seks en allerlei geweld. Maar dan vind men in Amerika daar wel lui onder die het wel erg vinden als traditie wordt betwist. In de Verenigde Staten merken we bijvoorbeeld dat velen er moeilijk om doen dat de overheid de ochtendtraditie van het groeten de vlag en het allemaal samen bidden zou wegnemen.

Een deel van de Amerikaanse bevolking wil geen verschil maken tussen een publieke, een private en een religieuze gebeurtenis en plaats. Maar volgen Marcus Ampe kan een vrije staat zich juist daarin profileren als zij er zorg voor draagt dat niemand gehinderd wordt door religieuze gebeurtenissen of tekens.  In openbare scholen kan men niet iedereen verplichten aan deze of gene gebedstonde deel te nemen omdat eenieder een andere wijze van godsdienst kan hebben. Natuurlijk kan anderzijds de staat niet dwingen dat alles seculier wordt en alles ontdaan wordt van enige godsdienstige verbintenis. Zo moeten ook ambtenaren of soldaten recht hebben op een begrafenis volgens hun geloof en moeten deze in een graf mogen geplaatst worden met de geloofstekens op het graf, hetzij het een Davidster, een kruis, een vis, zon of ander symbool is.hetzelfde moeten zij in staat om te zien en aan het verschil tussen religies te maken.

Het ontdoen van religieuze symbolen in openbare plaatsen zal volgens Marcus Ampe geen chaotische cultuur opleveren en hoeft niet in te houden dat daar dan een perverse wereld zou groeien. Alles zit in de geest. En het is de innerlijke houding van ieder mens die mee de maatschappij maakt of kraakt.

Het los laten van religieuze symbolen op publieke plaatsen hoeft God of andere goden niet uit die plaatsen te verdrijven. God moet dar in het hart van die mensen liggen die er aan houden. Zij kunnen die God daar nog steeds mee in hun hart dragen en zich naar die wetten van die god gedragen. Zo moeten de Christenen zich overal volgens de Wetten van God gedragen. Zij mogen deze niet los laten.

God vrezend

Ook Jerry Newcombe stelt dat de oprichters het Amerikaanse volk een systeem hebben gegeven waarbij vrijwillige godvrezendheid de onderbouwing van beleefdheid in de samenleving was.  Voor hem en Marcus Ampe zijn het de innerlijke houding en het bewustzijn van de waarde en Wil van God die maken dat mensen een juiste houding kunnen aannemen naar de medemens. Maar hoe meer interne beperkingen mensen hebben, des te minder behoefte zij zullen hebben voor de externe beperkingen. Maar ook het omgekeerde is waar. Dat is de reden waarom Newcombe niet kan begrijpen waarom er nu zulk een lopende kruistocht wordt gehouden tegen degenen die een ​​spoor van joods-christelijke traditie willen doen  verwijderen uit de publieke arena. Zulk een drastische maatregelen zullen elk ander symbool in vraag doen stellen en zal het makkelijker maken om over onevenwichtigheid en over discriminatie te spreken.

Het inroepen van beperkende maatregelen kan enkel alles nog slechter maken voor iedereen. De staat zal er eerder moeten aan werken dat al haar burgers zullen moeten aanvaarden dat godsdienstvrijdheid de vrije keuze voor iedereen inhoudt. Dat zal maken dat men totempalen in het milieu zal kunnen aantreffen, maar ook hindoe tempels of moskeeën zal zien verschijnen in het openbaar. Maar daar zal de staat voor deze zoals voor de kerken van de christenen beperkingen moeten opleggen voor het geluid dat zij willen maken. Klokken gelui of tot het gebed oproepende luidsprekers of van de daken schreeuwende lui zullen niet aanvaardbaar kunnen zijn. Niemand zal zijn of haar geloof aan anderen mogen opdringen.

Enkel met het respecteren van het afhouden van confronterende zaken naar anders gelovigen zal men erkentelijkheid kunnen genieten en vrijheid voor iedereen kunnen beogen.

+

Lees hier meer over in onderstaande artikelen / Please do find the articles concerning the Judeo-Christian values, Pilgrim Fathers and the Constitutional Laws for a country that wants to offer freedom for its citizens:

  1. Faith related boycotts
  2. Right to be in the surroundings
  3. Fear and protection
  4. Religious Practices around the world
  5. Judeo-Christian values and liberty
  6. Liberal and evangelical Christians
  7. Christian values and voting not just a game
  8. Which back voters in the US wants to see
  9. Leaving the Old World to find better pastures
  10. Built on or Belonging to Jewish tradition #1 Christian Reform
  11. Built on or Belonging to Jewish tradition #2 Roots of Jewishness
  12. Built on or Belonging to Jewish tradition #3 Of the earth or of God
  13. Built on or Belonging to Jewish tradition #4 Mozaic and Noachide laws
  14. Worship and worshipping

7 thoughts on “Stichters van de Nieuwe Wereld en Godsdienstvrijheid

Geef een reactie - Give a reaction

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.